zondag 22 november 2009

De Herontdekking van het Koninkrijk - deel 2 (Studie)

Het herontdekken van het concept van het Koninkrijk


Het was een goddelijke strategie om een nieuwe Adam naar de aarde te sturen om terug te winnen wat de oude Adam had verloren. Het doel was het herstellen van de band van de mens met de Hemelse heerschappij. God besloot om door zijn woorden en beloftes een legale verlosser te sturen in het vlees. Deze proclamatie werd bekend als ‘de belofte’ en er begon een lange historische verwachting naar een Messias Koning die bestemd was om iedereen te verlossen en de mens te terug te plaatsen in zijn koninklijke ambt. Dit proces hield een geslachtslijn in met roepingen en aanstellingen waaruit deze grote koning zou komen. God koos een gehoorzame man genaamd Abraham die de belofte kreeg van het Koninklijke zaad om alle volken en natiën te verlossen en te herstellen.


Genesis 12:2-3
Ik zal je tot een groot volk maken, ik zal je zegenen, ik zal je aanzien geven, een bron van zegen zul je zijn.
Ik zal zegenen wie jou zegenen, wie jou bespot, zal ik vervloeken. Alle volken op aarde zullen wensen gezegend te worden als jij.


Alle profeten van het Oude Testament spraken over deze belofte; de belofte van een koning die zou komen en die het Koninkrijk zou herstellen.
Abraham had een zoon van de belofte genaamd Isaak en Isaak kreeg twee zonen genaamd Jakob en Esau. Jakob was gekozen door God en zijn naam werd door God veranderd in de koninklijke naam Israël wat ‘prins met God’ betekent. Israël had twaalf zonen die bekend werden als de twaalf stammen van Israël en deze werden het volk Israël. Dit volk begon te leven alsof zij de belofte waren en begonnen andere volken te veroordelen terwijl de Verlosser uit hun moest komen om deze volken te redden. Ze begonnen in religie te leven en de boodschap van het Koninkrijk werd begraven in religie.


Alle profetieën in het Oude Testament wijzen naar de Koning en zijn Koninkrijk. Er zijn duizenden voorbeelden.


Psalm 145:13 (NBG)
Uw koningschap is een koningschap voor alle eeuwen, uw heerschappij is over alle geslachten.


Jesaja 9:5-6
Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders. Deze namen zal hij dragen: Wonderbare raadsman, Goddelijke held, Eeuwige vader, Vredevorst.
Groot is zijn heerschappij, aan de vrede zal geen einde komen. Davids troon en rijk zijn erop gebouwd, ze staan vast, in recht en gerechtigheid, van nu tot in eeuwigheid. Daarvoor zal hij zich beijveren, de HEER van de hemelse machten.


Daniël 7:13-14
In mijn nachtelijke visioenen zag ik dat er met de wolken van de hemel iemand kwam die eruitzag als een mens. Hij naderde de oude wijze en werd voor hem geleid.
Hem werden macht, eer en het koningschap verleend, en alle volken en naties, welke taal zij ook spraken, dienden hem. Zijn heerschappij was een eeuwige heerschappij die nooit ten einde zou komen, zijn koningschap zou nooit te gronde gaan.


God wachtte eeuwen lang om Christus bekend te maken. Dit was nodig om de mensen voor te bereiden voor de Koning en zijn Koninkrijk. De tabernakel en de wet waren een voorafschaduwing van wat zou gaan komen. In hetzelfde hoofdstuk waarin de mens in zonde valt spreekt God een belofte uit van Hij die komen zou.


Genesis 3:15 (New King James)
And I will put enmity between you and the woman, and between your seed and her Seed;
He shall bruise your head, and you shall bruise His heel.


In de Engelse vertaling komt het er beter uit dat uit het zaad van de vrouw een Verlosser komt die Koning is. Haar zaad werd een Hij die Christus Jezus is. Door al die jaren heen bereidde God alles voor voor de komst van zijn Zoon. Na Adam en Eva was er Noach en na Noach was er Abram waarmee God een verbond maakte. Na Abraham was er Isaak en na Isaak was er Jakob die later Israël genoemd werd en waaruit de twaalf stammen ontstonden. Met deze veranderingen werd het Koninkrijk en zijn Koning steeds duidelijker. Uit deze stammen kwam Mozes die het volk bevrijdde en het volk wilde een aardse koning. Hieruit kwam Saul en na Saul kwam David die het priesterschap en het koningschap samenbond. Na David kwamen vele koningen die er niet veel van bakten en de stammen vielen uit elkaar. Het Assyrische Rijk kwam, het Babylonische Rijk, de Perzen, het Griekse Rijk en daarna kwam het Romeinse Rijk. En God koos om zijn Zoon te sturen in de tijd van in het Romeinse Rijk, omdat dit zo leek op de structuur van het Hemelse Koninkrijk.


Galaten 4:4-5
Maar toen de tijd gekomen was zond God zijn Zoon, geboren uit een vrouw en onderworpen aan de wet,
maar gezonden om ons vrij te kopen van de wet opdat wij zijn kinderen zouden worden.


Jezus leerde de mensen over het Koninkrijk en dit konden mensen begrijpen door het model van het Romeinse Rijk. Het was geen democratie met een president, maar een koninkrijk met een keizer. De Romeinse Senaat werd ‘ecclesia’ genoemd; een Grieks woord wat ‘samenstelling’ of ‘uitgeroepenen’ betekent. Jezus sprak Aramees, maar de Evangeliën werden allereerst in het Grieks geschreven, omdat Grieks en Latijn de voertalen waren van het Romeinse Rijk.


Marcus 12:13-17
Ze stuurden enkele farizeeën en herodianen naar hem toe om hem een ongeoorloofde uitspraak te ontlokken.
Toen ze bij hem gekomen waren, zeiden ze tegen hem: ‘Meester, we weten dat u oprecht bent en dat u zich aan niemand iets gelegen laat liggen. U kijkt niemand naar de ogen, maar geeft in alle oprechtheid onderricht over de weg van God. Is het toegestaan belasting te betalen aan de keizer of niet? Moeten we betalen of niet?’
Maar omdat hij hun huichelarij doorzag, antwoordde hij: ‘Waarom stelt u me op de proef? Laat me eens een geldstuk zien.’
Ze gaven hem een munt en hij vroeg hun: ‘Van wie is dit een afbeelding en van wie is het opschrift?’ ‘Van de keizer,’ antwoordden ze.
Toen zei Jezus tegen hen: ‘Geef wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.’ En ze waren met stomheid geslagen.


2 Korintiërs 1:21-22
Het is God die u en ons Christus als fundament geeft, die ons allen heeft gezalfd,
heeft gewaarmerkt als zijn eigendom en ons als voorschot de Geest gegeven heeft.


Als wij geloven in Jezus Christus en trouw aan Hem blijven, geeft God ons zijn naam en gaan we op Hem lijken.


Johannes 1:12
Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden.


Zo is het Koninkrijk van God een Koninklijke Familie en als gelovigen zijn wij burgers van de Hemel. Als we in het buitenland zijn, zijn we nog steeds Nederlander. Zo kunnen wij ook op aarde leven en een burger van de Hemel zijn. Als iemand je dus vraagt: ‘Waar kom je vandaan?’, wat zeg je dan? Als we leren denken als burgers van het Koninkrijk, dan zullen we leren leven als zodanig en dan zullen we het evangelie van het Koninkrijk verkondigen aan een verloren wereld, want dat is onze primaire mandaat. Ieder mens leeft met deze strijd: Ontworpen voor één Koninkrijk en geforceerd om in een andere te leven. Veel mensen komen niet als overwinnaar uit deze strijd en leven doelloos. Een vis uit het water zal snel stikken.


God spreekt tot ons zoals Hij ons ziet en niet zoals wij of anderen onszelf zien.
Hij sprak tot de kinderloze Abraham en Sarah die al oud waren en God zei dat ze een zoon zouden krijgen die zou uitgroeien tot een grote natie.
God sprak tot Gideon, de jongste van zijn familie, welke de onbelangrijkste van alle stammen van Israël was, en God zei dat hij een machtige strijder was en gebruikte hem om zijn volk te bevrijden.
God sprak tot David, de jongste die de schapen hoedde, en God zei dat hij een koning was.
God sprak tot Jozef toen hij een slaaf in Egypte was en God zei dat hij dat hij een heerser was en gaf hem de positie onder de machtige Farao.


God heeft ons zijn Koninkrijk gegeven om op aarde te regeren. De aarde is ons domein om zijn Koninkrijk te zijn. De aarde is niet het Koninkrijk; wij zijn het Koninkrijk op aarde. Gods Koninkrijk is dat wij zijn heerschappij voeren op de aarde.


Psalm 115:16
De hemel is de hemel van de HEER, de aarde heeft hij aan de mensen gegeven.


Omdat we dit hadden verloren, moesten we opnieuw geboren worden vanuit de geest om vanuit de Hemel weer te kunnen heersen over de aarde. Jezus heeft het over het Koninkrijk van God en het Koninkrijk van de Hemel. Dat geeft aan van wie het is en van waar het is. Dit houdt ook in dat het Koninkrijk bedoeld is voor het innerlijke van de mens en het Koninkrijk van de Hemel bedoeld is om uit de mens over de aarde te komen. Daarom zijn wij het Koninkrijk van God op de aarde. Waar wij zijn nemen wij Jezus de Koning mee in ons en zo wordt het Koninkrijk van de Hemel uit ons geboren.


Matteüs 4:17
Vanaf dat moment begon Jezus zijn verkondiging. ‘Kom tot inkeer,’ zei hij, ‘want het koninkrijk van de hemel is nabij!’


Jezus kwam om het Koninkrijk van de Hemel wat in Hem was te brengen. Toen Adam en Eva dit Koninkrijk overgaven aan satan kwam het koninkrijk van de duisternis. Het koninkrijk van de duisternis is een koninkrijk van onwetendheid die zijn onderdanen in leugens en misleiding voert, zodat ze niet weten wie ze zijn en waar ze vandaan komen. In het duister is alles verborgen en mensen worden geestelijk blind, zodat ze niet het glorieuze, goede nieuws kunnen zien van Jezus Christus en zijn Koninkrijk van de Hemel.


2 Korintiërs 4:3-4
Wanneer er dan toch nog een sluier ligt over het evangelie dat wij verkondigen, geldt dit alleen voor hen die verloren gaan:
de ongelovigen, van wie de gedachten door de god van deze wereld zijn verblind, waardoor ze het licht van het evangelie niet kunnen zien, de luister van Christus, die het beeld van God is.


Het Koninkrijk van God is een koninkrijk van Licht en een koninkrijk van kennis.


Spreuken 1:7
Het begin van alle kennis is ontzag voor de HEER; een dwaas veracht de wijsheid en weigert elk onderricht.


Kolossenzen 1:12-14
Breng dus met vreugde dank aan de Vader. Hij stelt u in staat om te delen in de erfenis die alle heiligen wacht in het licht.
Hij heeft ons gered uit de macht van de duisternis en ons overgebracht naar het rijk van zijn geliefde Zoon,
die ons de verlossing heeft gebracht, de vergeving van onze zonden.


Het is Gods plan om zijn originele ontwerp te herstellen om zichtbaar op aarde te regeren door zijn onzichtbare wereld. Jezus maakte dit mogelijk door te sterven en op te staan uit de dood.


1 Johannes 3:8b
De Zoon van God is dan ook verschenen om de daden van de duivel teniet te doen.


De dood van Jezus brak de macht van de zonde voorgoed. De opstanding van Jezus overwon de dood.


1 Korintiërs 15:55-57
Dood, waar is je overwinning? Dood, waar is je angel?’
De angel van de dood is de zonde, en de zonde ontleent haar macht aan de wet.
Maar laten we God danken, die ons door Jezus Christus, onze Heer, de overwinning geeft.


Degenen die gered zijn moeten de mensen die nog in onwetendheid zijn het tegengif van de kennis toedienen, zodat we licht in de duisternis brengen. Kennis bevat de waarheid en de waarheid zet vrij.


Johannes 8:31-36
En tegen de Joden die in hem geloofden zei Jezus: ‘Wanneer u bij mijn woord blijft, bent u werkelijk mijn leerlingen.
U zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u bevrijden.’
Ze zeiden: ‘Wij zijn nakomelingen van Abraham en we zijn nooit iemands slaaf geweest – hoe kunt u dan zeggen dat wij bevrijd zullen worden?’
Jezus antwoordde: ‘Waarachtig, ik verzeker u: iedereen die zondigt is een slaaf van de zonde.
Nu blijft een slaaf niet voor eeuwig in huis, maar de Zoon blijft wel voor eeuwig.
Dus wanneer de Zoon u vrij zal maken, zult u werkelijk vrij zijn.


Satans doel is om je te laten twijfelen aan de kennis die God gegeven heeft zoals satan deed bij Eva in de Tuin van Eden. Satan beloofde Eva dat als zij zou eten van de boom, dat ze als God zou zijn, die goed en kwaad kent. God begrijpt en kent het kwaad, maar heeft niet de ervaring in het kwaad. Satan kent het kwaad, omdat hij het kwaad is. Toen Adam en Eva van de vrucht aten werden ze niet zoals God, maar zoals de duivel. Ze werden afgescheiden van God en waren nu in zonde, schaamte en schuld.


Nog steeds probeert satan ons te misleiden in wat God tegen ons gezegd heeft. Hij probeert ons in de leugen te houden en daardoor in de duisternis, waar hij ons wil vernietigen. Jezus Christus is ons licht die ons redt van zonde en dood.


Johannes 1:1-5
In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God.
Het was in het begin bij God.
Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is niets ontstaan van wat bestaat.
In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen.
Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen.


De wil van de Vader zal gebeuren en het koninkrijk van de duisternis zal plaats maken voor het Koninkrijk van de Hemel.


Openbaringen 11:15
Toen blies de zevende engel op zijn bazuin. In de hemel klonken luide stemmen, die zeiden: ‘Nu begint de heerschappij van onze Heer over de wereld, en die van zijn messias. Hij zal heersen tot in eeuwigheid.’


Tot die dag komt zullen wij wandelen door de duisternis, maar van het Licht zijn.


1 Johannes 1:7
Maar gaan we onze weg in het licht, zoals hijzelf in het licht is, dan zijn we met elkaar verbonden en reinigt het bloed van Jezus, zijn Zoon, ons van alle zonde.


Matteüs 5:14-16
Jullie zijn het licht in de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen blijven.
Men steekt ook geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten, nee, men zet hem op een standaard, zodat hij licht geeft voor ieder die in huis is.
Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel.


Het rijk van de duisternis heeft alleen macht over de dingen die we niet weten en niet toepassen. Daarom moeten we het Woord van God bestuderen, leren, ervaren, toepassen en prediken. Satan haat het Woord van God, de waarheid het licht. God is het Woord de waarheid en het licht en als wij daarin wandelen verkondigen wij de vernietiging van satan en zijn werk. We worden allemaal geboren als kinderen van de duisternis door de val van de mens (Adam en Eva) en beginnen ons bestaan in onwetendheid. Het gaat er niet om dat we geleerd kunnen worden door allerlei diploma’s en titels te behalen, maar het gaat erom dat de onwetendheid in ons fundament weggenomen wordt door de openbaring van Jezus Christus.


2 Timoteüs 3:7
Die almaar willen leren maar nooit in staat zullen zijn de waarheid te kennen.


Je kan alle kennis van de wereld bezitten maar als je niet de liefdevolle aanraking van Jezus hebt ervaren en ontvangen, dan is het niks. Je moet opnieuw geboren worden vanuit de geest.


1 Korintiërs 13:2
Al had ik de gave om te profeteren en doorgrondde ik alle geheimen, al bezat ik alle kennis en had ik het geloof dat bergen kan verplaatsen – had ik de liefde niet, ik zou niets zijn.


Johannes 3:3
Jezus zei: ‘Waarachtig, ik verzeker u: alleen wie opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien.’


Voordat Jezus kwam, gaf God Abram (later Abraham) een verbond waardoor we weer in de gerechtigheid en uit de duisternis konden komen. Abraham geloofde dit alhoewel hij en zijn vrouw niet meer in staat waren om kinderen te krijgen.


Genesis 15:6 (NBG)
En hij geloofde in de HERE, en Hij rekende het hem toe als gerechtigheid.


Deze gerechtigheid betekent dat je weer op de juiste positie staat met God, dat je in de relatie van Gods heerschappij staat en dat je alle rechten hebt van de belofte van het verbond. Jaren later kwam Jezus naar de aarde om uit deze bloedlijn de belofte te vervullen en om gerechtigheid voor iedereen te worden.


2 Korintiërs 5:20-21
Wij zijn gezanten van Christus, God doet door ons zijn oproep. Namens Christus vragen wij: laat u met God verzoenen.
God heeft hem die de zonde niet kende voor ons één gemaakt met de zonde, zodat wij door hem rechtvaardig voor God konden worden.


Als we door de gerechtigheid weer op de juiste positie worden gezet, kan Hij zijn Koninkrijk en heerschappij door ons over de aarde brengen. Door Jezus’ dood en opstanding zijn wij gerechtvaardigd en door geloof hebben we dit ontvangen en zijn wij kinderen van de Vader.


Galaten 3:26-29
U allen die door de doop één met Christus bent geworden, hebt u met Christus omkleed.
Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus.
En omdat u Christus toebehoort, bent u nakomelingen van Abraham, erfgenamen volgens de belofte.